U kunt zoveel overdrachtmappen maken als u wilt, elk met een verschillend profiel van afdrukinstellingen voor een specifiek type uitvoer.

Wanneer u een nieuwe overdrachtmap maakt, is het volgende van toepassing:

• U verbindt de overdrachtmap met een Fiery-server.

• Een nieuwe overdrachtmap kan niet dezelfde naam hebben als een bestaande map.

• U kunt geen overdrachtmap maken op een netwerkstation zoals een gemeenschappelijke bestandsserver.

Telkens wanneer u een nieuwe overdrachtmap maakt, worden door de toepassing Hot Folders automatisch ondersteunende mappen gemaakt. In een van deze mappen worden de oorspronkelijke bestanden opgeslagen voor opdrachten die naar de overdrachtmap zijn verzonden nadat de opdrachten zijn afgedrukt (mits de voorkeuren van Hot Folders zijn geconfigureerd om oorspronkelijke bestanden op te slaan). De oorspronkelijke bestanden krijgen een bestandsnaam die is gebaseerd op de huidige datum en tijd (JJJJMDUUMMSec).