Fiery Command WorkStation

Help van FieryMeasure

Navigatie verbergen of weergevenVorige onderwerpVolgende onderwerpDelenAfdrukkenPDF

Meten met Ricoh Auto Color Adjuster

De meting met de Ricoh Auto Color Adjuster vindt automatisch plaats. Wanneer u met succes een pagina hebt gemeten, kunt u de metingen desgewenst controleren.

Wanneer u de Ricoh Auto Color Adjuster gebruikt, voert u een van de volgende handelingen uit:
  • Koppel de Ricoh Auto Color Adjuster aan een Fiery Color Profiler Suite-softwarelicentie, waarbij het meetinstrument dienst doet als dongle.
  • Sluit een gelicentieerd meetinstrument, zoals de ES-3000, aan op een computer waarop de Fiery Color Profiler Suite-software is geïnstalleerd en maak vervolgens verbinding met de Ricoh Auto Color Adjuster om dit alleen als meetinstrument te gebruiken.
Opmerking: De Fiery Color Profiler Suite-licentie moet op een andere computer zijn geïnstalleerd dan die waarop de toepassing Ricoh Auto Color Adjuster is geïnstalleerd.

Voordat u pagina's gaat meten, moet u controleren of het meetinstrument juist is aangesloten.

  • Sluit de Ricoh Auto Color Adjuster aan op uw computer en schakel de Auto Color Adjuster in.
  • Raadpleeg de documentatie bij het instrument voor meer informatie over de Ricoh Auto Color Adjuster.

Wanneer u de Auto Color Adjuster selecteert als meetmethode, kunt u de instrumentinstellingen opgeven.

Meetmodus: selecteer het gewenste type meting. U kunt elke strip meten in één of twee stappen.

  • M0 - standaardverlichting (gloeilamp), geen UV-filter
  • M1 - aanvullende verlichting (D50), geen UV-filter
  • M2 - standaardverlichting (gloeilamp), UV-filter (of UV-blokkering)
Opmerking: M0, M1 en M2 zijn standaard meetomstandigheden zoals omschreven in ISO 13655.

U kunt de vlakgrootte instellen op een van de beschikbare grootten: Normaal (standaardinstelling), Gemiddeld en Groot. De meetmethode is gelijk voor alle vlakken, ongeacht de vlakgrootte.

Wanneer u met succes een pagina hebt gemeten, kunt u de metingen controleren. Als een meting niet is zoals verwacht, kunt u de strip opnieuw meten.

  1. U kunt het venster Netwerkinstrument verbinden op een van de volgende manieren openen:
    • Selecteer Bestand > Netwerkinstrument verbinden.
    • Klik op Netwerkinstrument verbinden.
  2. Typ het IP-adres van uw netwerkinstrument.

    Voor sommige netwerkinstrumenten zijn mogelijk aanvullende referenties vereist, zoals een gebruikersnaam, wachtwoord en poortnummer. Raadpleeg de documentatie bij het instrument voor meer informatie.

  3. Klik op Testen om de verbinding te testen.
    Opmerking: Als in Fiery Color Profiler Suite het netwerkinstrument is gelicentieerd op een andere computer, klikt u op Licentie downloaden om de licentie op uw computer te downloaden. Als het netwerkinstrument geen licentie heeft, klikt u op Licentie activeren en volgt u de instructies op het scherm.
  4. Klik op Gereed.
  5. Nadat u de netwerkinstellingen hebt geconfigureerd, plaatst u de eerste meetpagina in het instrument in de richting die op de pagina staat aangegeven en drukt u op de knop.
  6. Ga op dezelfde wijze door met het meten van de resterende meetpagina's (indien aanwezig) totdat u alle pagina's hebt gemeten.
  7. Nadat de laatste pagina is gemeten, klikt u op Volgende.