In Job Editor kunt u een geneste taak bewerken. Zorg dat substraatinstellingen zijn geselecteerd voordat u een geneste taak gaat bewerken.
In Job Editor kunt u de plaatsing van de taken op het medium rangschikken en de afdrukstand en de uitlijning wijzigen. U kunt geneste taken ook schalen, roteren, spiegelen of bijsnijden. U kunt elke taak vergrendelen en taakspecifieke marges definiëren.
-
Voer in Taakcentrum een van de volgende handelingen uit:
- Klik met de rechtermuisknop op de geneste taak en selecteer Bewerken.
- Klik in de werkbalk op Bewerken.
-
Klik in Job Editor op het pictogram Opmaak om het deelvenster Nesting weer te geven.
-
Bewerk de taak naar wens. De keuzen worden automatisch toegepast.
U kunt instellingen opgeven voor een van de volgende opties:
- Deelvenster Nesting geopend vanaf het tabblad Opmaak
- Deelvenster Gegevens onderliggende taak geopend vanaf het tabblad Opmaak
- Menu Job Editor
- Transformatiewerkbalk Job Editor