U kunt Fiery-systeemsoftware bijwerken vanaf een clientcomputer of lokaal bij de Fiery-server.
De Fiery-server-naam of het IP-adres is vereist om verbinding te maken met de Fiery-server in Command WorkStation.
Opmerking: De clientcomputer heeft een actieve internetverbinding nodig om de Fiery-server-systeemupdates uit te voeren.
Opmerking: Voor de beste resultaten dient u updates en patches te installeren wanneer er geen opdrachten of acties worden uitgevoerd op de Fiery-server of in Command WorkStation.
-
Start Command WorkStation.
-
Selecteer .
-
Als u de beschikbare updates wilt bekijken en installeren, klikt u op Updates onder FIERY-UPDATES, en klikt u vervolgens op Bijwerken in het rechterdeelvenster voor elke update die u wilt installeren.
-
Als u de beschikbare patches wilt zien, klikt u op Patches onder FIERY-UPDATES.
-
Selecteer de te installeren patches.
Wanneer u een patch selecteert, worden alle vereiste eerdere patches ook automatisch geselecteerd.
-
Als er een bericht over Fiery API wordt weergegeven, klikt u op OK om de Fiery API te installeren.
De Fiery API is vereist om patches te kunnen installeren met Fiery-updates.
-
Klik op Update om de geselecteerde patches te installeren.
De Fiery-server moet na de installatie van elke afzonderlijke patch worden gereboot.
Opmerking: U kunt meerdere niet-exclusieve vlakken samen met elke exclusieve patch installeren.
-
Klik op OK om de Fiery-server opnieuw op te starten nadat de updates en patches zijn geïnstalleerd.
Opmerking: De beheerder moet opnieuw verbinding maken met de Fiery-server in Command WorkStation nadat het rebooten voltooid is.
Opmerking: Command WorkStation verbonden met Fiery-server geeft een kennisgeving weer tijdens de installatie van de patch.
-
Als u een lijst met de updates en patches wilt zien die zijn geïnstalleerd, klikt u op Geschiedenis onder FIERY-UPDATES.
