Meer printers toevoegen
Uw licentie bepaalt welke printers beschikbaar zijn om in de software te selecteren.
Elke printer moet zijn eigen unieke verbindingsinformatie hebben. Bijvoorbeeld: twee printers van hetzelfde model moeten hun eigen IP-adres hebben of afdrukbestanden opslaan in een afzonderlijke exportmap.
FAST DRIVE
Sommige printermodellen bieden ondersteuning voor FAST DRIVE. FAST DRIVE versnelt de verwerkingssnelheid van de taak met behulp van de GPU (grafische verwerkingseenheid) in plaats van de CPU (centrale processor). Op sommige latere versies van Fiery proServer is dit beschikbaar en is er een speciale licentie voor nodig.
Command WorkStation biedt zowel FAST DRIVE- als niet-FAST DRIVE-printerstuurprogramma's. Indien beschikbaar, bevelen wij u aan om altijd een printertype te selecteren met een naam die FAST DRIVE bevat. De oudere printerstuurprogramma's zijn beschikbaar om compatibiliteit en kleurconsistentie te garanderen met kalibratiebestanden die in eerdere versies van Command WorkStation zijn gemaakt.
FAST DRIVE wordt alleen ondersteund voor basislinearisatiebestanden die zijn gemaakt in Fiery XF 6.5 of hoger. Kalibratiebestanden die zijn gemaakt in Fiery XF 6.4 of lager, kunnen niet worden gebruikt met het FAST DRIVE-printerstuurprogramma.
In het paneel Bronbestandsinformatie van het tabblad Bestand in Job Editor kunt u zien of uw taak is versneld met het FAST DRIVE-printerstuurprogramma.
Een netwerkprinter configureren
U kunt verbinding maken met een printer via het IP-adres.
Een printer configureren die via USB is verbonden
U kunt afdrukken naar een lokale printer die via USB met de servercomputer is verbonden.
- Selecteer onder Verbindingstype de optie Afdrukken via poort.
- Selecteer de poort onder Poort.
Instellingen opgeven voor uitvoer via print-to-file
U kunt een naamnotatie definiëren en een exportmap selecteren waarin u bestanden voor EFI grootformaat printers wilt opslaan.
Afdrukbestanden van EFI Matan-, EFI rol-tot-rol-grootformaat- en EFI Reggiani-printers worden als gescheiden TIFF-bestanden in de opgegeven Exporteren-map opgeslagen. Als u een Exporteren-map selecteert die zich in het netwerk bevindt, moet u toegangsrechten voor de map invoeren.
