U kunt het aantal exemplaren selecteren en de volgorde waarin deze worden afgedrukt. U kunt ook een criterium definiëren voor het verwerken van taken die te groot zijn om op de media te passen.

1. Kies een van de volgende mogelijkheden:
   • In Server Manager: Klik op de zijbalk op Printers, en selecteer een printer. Selecteer een workflow in de structuurweergave van de printer. Vouw op het tabblad Printer het deelvenster Afdrukinstellingen uit.

   • In Job Editor: Op het tabblad Printer kunt u het paneel Printerinstellingen uitvouwen.

2. Selecteer een aantal exemplaren tussen 1 en 9999.

   Eén exemplaar betekent één exemplaar van de hele taak (één pagina, meerdere pagina's of genest). Als u meerdere exemplaren afdrukt, kunt u een sorteervolgorde selecteren.

   Opmerking:

   U kunt tevens de hoeveelheid pagina's kiezen in het gedeelte Taakoverzicht van Taakcentrum.

3. Selecteer onder Pagina's of u alle pagina’s van de taak wilt afdrukken, of alleen even of oneven pagina's.
4. Selecteer Kopieën sorteren (optioneel).

   De standaardvolgorde voor het afdrukken van drie exemplaren van een taak van drie pagina's is 1, 1, 1, 2, 2, 2, 3, 3, 3. Gesorteerde exemplaren worden afgedrukt in de volgorde 1, 2, 3, 1, 2, 3, 1, 2, 3.

5. Selecteer Omgekeerde volgorde (optioneel).

   De standaardvolgorde voor het in omgekeerde volgorde afdrukken van drie pagina's van een niet-gesorteerde taak is 3, 3, 3, 2, 2, 2, 1, 1, 1. Gesorteerde exemplaren worden afgedrukt in de volgorde 3, 2, 1, 3, 2, 1, 3, 2, 1.

6. Selecteer Afdruktaken die het afdrukgebied overschrijden (optioneel).

   Standaard Command WorkStation worden printtaken in hun originele formaat afgedrukt en wordt de taak geannuleerd als deze te groot is om volledig op de pagina te passen. Als u dit selectievakje inschakelt, worden te grote taken afgedrukt, maar wordt de afbeelding afgekapt in de uitvoer. Als u wilt afdrukken zonder afkappen, moet u de taak schalen of een groter mediumformaat selecteren voor de printer.

7. Klik op Opslaan.