Fiery XF 7.1

Navigatie verbergen of weergevenVorige onderwerpVolgende onderwerpDelenAfdrukkenPDF

Tabblad Kleurdefinitie (Voorkeuren)

U kunt kenmerken voor overdrukken selecteren en instellingen opgeven voor witpunt en dE.

  • Instellingen voor overdrukken

    • Eigenschappen voor overdrukken met inkt—Definiëren hoe twee of meer steunkleuren zich gedragen wanneer ze bovenop elkaar worden afgedrukt. Een hogere instelling resulteert in een donkerdere afdruk.

      Een waarde van 100% voor overdrukken, betekent bijvoorbeeld dat de kleuren volledig aan elkaar worden toegevoegd, iets wat niet mogelijk is op een gewone drukpers. Een lagere instelling resulteert in lichtere afdrukken omdat kleuren ondoorschijnend worden en delen van andere kleuren verbergen.

    • Gamma: hiermee wordt de simulatie van de puntverbreding gewijzigd voor het overdrukken van steunkleuren. Deze instelling wordt toegepast op gebieden met een mengeling van steunkleuren en proceskleuren of op gebieden die uit meerdere steunkleuren bestaan. Hiermee kunt u niet-lineaire gedrag voor overdrukken definiëren.

    • Methode: definieer het gedrag voor het overdrukken van L*a*b*-kleuren in de L*a*b*-kleurenruimte. De standaardinstelling is gebaseerd op de CAT’s (chromatische aanpassingstransformaties) Bradford en ROMM. CAT’s kunnen de overeenkomstige kleuren voorspellen onder verschillende lichtbronnen.

      Command WorkStation ondersteunt veel verschillende chromatische aanpassingsmodellen, waaronder Bradford CAT, XYZ Scaling, vonKries en Sharp CAT.

    • Overdrukhelderheid van vergelijkbare kleuren—Benadruk de helderheid van overdrukte kleuren die sterk lijken op elkaar, zoals geel op geel of magenta op rood.

  • Instellingen witpunt—De kleurtoon van de media wordt het witpunt genoemd. Het witpunt van de afdrukmedia beïnvloedt de kleurnauwkeurigheid van de afdruk.

    Vooral in een controleworkflow is het belangrijk om de kleurtint van de definitieve media nauwgezet te simuleren. U kunt een meetinstrument gebruiken om het witpunt van de media te meten. Het gemeten witpunt wordt in aanmerking genomen in uw steunkleurdefinities.

    Door Papier wit op te nemen in de steunkleurdefinitie, kunnen steunkleurwaarden gemakkelijk worden aangepast voor gebruik met verschillende media zodat de kleurnauwkeurigheid behouden blijft, ongeacht het gebruikte substraat.

  • Instellingen gammacontrole —Controleer hoe nauwkeurig een L*a*b*-steunkleur kan worden gereproduceerd met de geselecteerde profielen. U kunt ook controleren of een L*a*b*-steunkleur binnen het kleurengamma van uw printer ligt. Het kleurengamma beschrijft het volledige bereik van kleuren dat de printer kan reproduceren.

Gebruiksrechtovereenkomst