Als u een profiel wilt maken in Fiery Printer Profiler, moet u afdrukopties en andere instellingen opgeven om de vlakpagina's naar de printer te sturen.

1. Klik in het venster Afdrukinstellingen op het meetinstrument in de lijst Instrument.
2. (Optioneel) Klik op Instellingen als u specifieke instellingen voor het instrument wilt opgeven.
3. (Optioneel) Als u specifieke instellingen wilt maken voor de opmaakpagina Vlak bij het gebruik van grote vlakken, klikt u op Instellingen voor vlak.

   De vlakopmaak kan worden gewijzigd voor een Fiery XF-server, versie 7.0 of hoger, als u gebruik maakt van de bij gebruik van de inline-kalenderbijlage. Het gebruik van de inline-kalender kan leiden tot ontgassing, wat invloed heeft op de oorspronkelijke kleurvlakpagina's die voor de kalibratie worden gebruikt. Kleurvlakpagina's met een grotere afstand tussen de rijen worden vervangen door de oorspronkelijke kleurvlakpagina's.

   U kunt de instellingen voor de vlakopmaak wijzigen wanneer alleen de volgende meetinstrumenten zijn verbonden:

   • EFI ES-2000
   • X-Rite i1Pro 2
   • X-rite i1Pro 3 plus
   • Barbieri Spectro LFP
   • Barbieri Spectro LFP qb
4. Kies een vlakopmaak in de lijst Opmaak kleurvlak.

   Sommige vlakopmaken zijn gebaseerd op ICC-standaarddoelen:

   • 46 willekeurig: biedt de snelste profileringsmethode met een handbediend instrument. Met deze opmaak worden aanvullende gegevens wiskundig berekend om de kwaliteit van het resulterende profiel te garanderen.

   • 234 - werkt snel en levert kwalitatief redelijk hoogwaardige resultaten. Dit is een uitstekende keuze voor softwaredemonstratie.

   • 928 (IT8.7/3): levert kwalitatief hoogwaardige resultaten op bij de meeste printers. Als u niet zeker bent van de kleurrespons van uw printer, gebruik dan de opmaak met 928 vlakken om een hogere kwaliteit te waarborgen.

   • 1485 (ECI 2002) of 1485 willekeurig (ECI 2002) - kan een hogere kwaliteit profiel opleveren dan 928 vlakken. Over het algemeen wordt altijd aangeraden om te kiezen voor een willekeurig doel voor een printerprofiel voor toner voor gesneden vellen. Met de willekeurige opmaak kunnen mogelijke afwijkingen als gevolg van kleurvariatie op de pagina worden verminderd.

   • 1617 (CGATS IT8.7/4) of 1617 willekeurig (CGATS IT8.7/4): vergelijkbaar met de opmaken met 928 vlakken, maar bieden meer gegevens. Het doel 1617 kan leiden tot een iets beter profiel dan het doel 1485.

   • TC1617: bevat alle CMYK-vlakwaarden van de IT8.7/4 (zonder duplicaten) plus alle CMY-waarden en alleen-K-waarden van kolom 4 en 5 van de P2P51, met hetzelfde aantal vlakken als de IT8.7/4.
   • 1847 (Fiery Edge Exclusive): het 1847-doel is vergelijkbaar met het 1617-doel en is bedoeld om een uiterst nauwkeurige karakterisering te bieden die is geoptimaliseerd voor de Fiery Edge Profiler.
     Opmerking: Wanneer 1847 (Fiery Edge Exclusive) is geselecteerd, worden de profielen van Fiery Edge weergegeven in het gedeelte Standaardprofielen van Fiery Edge in de lijst Instellingen . Bij het importeren van een profiel moet u een profiel importeren dat met de Fiery Edge Profiler is gemaakt of een van de profielen selecteren die worden vermeld in de lijst Standaardprofielen van de Fiery Edge-fabriek.

   • 4028: biedt de maximale kleurnauwkeurigheid, die gelijkstaat aan de door de fabriek geleverde profielen van EFI. Dit doel combineert meerdere IT8.7/4 vlakken op basis van een niet-gesorteerde volgorde. Een alternatief voor het gebruik van dit doel is om een gemiddelde van twee doelen met 1617 vlakken af te drukken, waarvan één 180 graden geroteerd is bij het afdrukken.

   Opmerking: Als u een kleurvlakopmaak wilt gebruiken die niet beschikbaar is in Printer Profiler, kunt u vlakpagina's afdrukken en meten met Verifier, en de metingen vervolgens importeren in Printer Profiler.
5. Selecteer een mediaformaat in de lijst Papierformaat of Kaartformaat of klik op Aangepast om een aangepast formaat in te stellen.

   In Fiery XF wordt het mediaformaat voor de printer ingesteld in System Manager.

6. Als u meerdere sets vlakpagina's wilt afdrukken en meten, geeft u Aantal sets op.
7. Klik op Volgende en sla de ID voor de meetpagina's op.