Fiery Command WorkStation

Configure 4

Navigatie verbergen of weergevenVorige onderwerpVolgende onderwerpDelenAfdrukkenPDF

E-mailservices inschakelen

Wanneer u e-mailservices inschakelt, geeft u instellingen op zoals die voor de inkomende en uitgaande e-mailserver.

  1. Kies Netwerk > E-mail in Configure.

    De informatie op dit scherm is alleen-lezen.

  2. Selecteer E-mail inschakelen en geef vervolgens de volgende informatie op:
    • Weergegeven naam: de naam die wordt weergegeven in e-mails die vanaf de Fiery server worden verzonden.

    • E-mailadres van Fiery: het adres waarvan de Fiery server e-mail ontvangt.

  3. Geef de volgende informatie op over de server voor binnenkomende berichten:
    • Servertype: het type server.

    • Server: de naam van de server voor binnenkomende berichten.

    • Poort: typ het nummer van de poort die wordt gebruikt voor e-mailcommunicatie.

    • TLS: als de e-mailserver beveiligde communicatie vereist, schakelt u dit selectievakje in om het beveiligde communicatieprotocol te gebruiken.

    • Gebruikersnaam, Wachtwoord: als de e-mailserver een gebruikersnaam/wachtwoord vereist om verbinding te maken, moet u deze gegevens opgeven.

    • Navraaginterval: hiermee bepaalt u hoe vaak de Fiery server de e-mailserver controleert op nieuwe e-mail.

  4. Geef de volgende informatie op over de server voor uitgaande berichten:
    • Server: de naam van de server voor uitgaande berichten.

    • Poort: typ het nummer van de poort die wordt gebruikt voor e-mailcommunicatie. Als poort 25 is geblokkeerd (bijvoorbeeld om de hoeveelheid spam te beperken), typt u het nummer van de poort waarvoor communicatie via SMTP is toegestaan.

    • TLS: als de e-mailserver beveiligde communicatie vereist, schakelt u dit selectievakje in om het beveiligde communicatieprotocol te gebruiken.

    • POP before SMTP gebruiken: deze optie wordt alleen weergegeven als u POP3 hebt gekozen voor het type server voor binnenkomende berichten.

    • Authenticatie vereist: de Fiery server ondersteunt MD5-, PLAIN- en LOGIN-authenticatie. Na communicatie met de e-mailserver kiest de Fiery server automatisch een authenticatiemethode in de volgende volgorde van voorkeur: MD5, PLAIN en LOGIN.

    • Gebruikersnaam, Wachtwoord: als de e-mailserver een gebruikersnaam/wachtwoord vereist om verbinding te maken, moet u deze gegevens opgeven.

  5. Geef de volgende aanvullende informatie op:
    • Alle TLS-certificaten accepteren: als de e-mailserver vereist dat de e-mailclient een certificaat bezit, schakelt u dit selectievakje in om automatisch alle certificaten van de verbonden e-mailservers te accepteren.

    • Time-out: hiermee geeft u de maximale tijdsduur op voordat de Fiery server stopt met het proberen verbinding te maken met de e-mailserver.

    • Diagnose op afstand inschakelen: selecteer deze optie om problemen met e-mailafdrukken op te lossen.

    • E-mailadres beheerder: het adres waarvandaan de beheerder de e-mailadresboeken beheert.

  6. Sla de wijzigingen op.