Om ongeoorloofde verbindingen met de Fiery server te beperken, kunt u alleen op specifieke poorten netwerkactiviteit toestaan. Opdrachten of taken die door een ongeoorloofde poort worden verstuurd, worden door de Fiery server genegeerd.

1. Kies Beveiliging > Filters toepassen op TCP/IP-poorten in Configure.
2. Selecteer Filters voor TCP/IP-poorten inschakelen en geef op welke poorten moeten worden ingeschakeld.

   Selecteer alleen de poorten die u op de Fiery server wilt toestaan.

3. Sla de wijzigingen op.

   Als u externe bureaubladtoegang wilt inschakelen op de Fiery server, moet u zorgen dat poort 3389 is ingeschakeld en dat de optie Extern bureaublad (in het gedeelte Fiery-server) is ingeschakeld.

   Opmerking: Niet alle Fiery servers ondersteunen de optie voor poort 3389.

U kunt ongeoorloofde verbindingen met de Fiery server beperken door te definiëren welke IP-adressen moeten worden geaccepteerd of geweigerd.

1. Kies Beveiliging > IP-adresfilter in Configure.
2. Als u het filteren van IPv4-adressen wilt toestaan, schakelt u het selectievakje IPv4-adresfilter in en geeft u aan of het Standaard filterbeleid voor IPv4 IP-adressen moet accepteren behalve de adressen die u weigert, of IP-adressen moet weigeren behalve de adressen die u accepteert. Klik vervolgens op IPv4-adresfilter toevoegen om het IP-adresbereik op te geven en aan te geven of u het bereik wilt accepteren of weigeren. U kunt meerdere bereiken toevoegen.
3. Als u het filteren van IPv6-adressen wilt toestaan, schakelt u het selectievakje IPv6-adresfilter in en geeft u aan of het Standaard filterbeleid voor IPv6 IP-adressen moet accepteren behalve de adressen die u weigert, of IP-adressen moet weigeren behalve de adressen die u accepteert. Klik vervolgens op IPv6-adresfilter toevoegen om een IP-adres en de lengte van het voorvoegsel op te geven en aan te geven of u dit adres wilt accepteren of weigeren. U kunt meerdere IP-adressen toevoegen.
4. Sla de wijzigingen op.